ir Marike Jacobs schreef dit artikel reeds in 2018 voor voervergelijk.nl. Het blijft een even actueel thema. En we halen het graag terug naar boven!
Sinds de komst van seniorenvoeders overlijden er minder oude paarden aan ‘verhongering’ door bijvoorbeeld een slecht gebit. Feit is wel dat niet alle seniorenvoeders even ‘goed’ zijn, en zeker niet in alle situaties even goed passen. Bij veel producten ontbreekt het aan wat een senior juist heel hard nodig heeft: ruwvoer! Wat is er ‘anders’ aan een ouder paard en waar moet je op letten bij het kiezen van een seniorenvoer?
Zo gauw een paard de 20 jaar nadert, is zijn lijf dusdanig veranderd dat er extra aandacht voor de voeding nodig is. Het gebit is niet meer wat het was, de stofwisseling wordt minder efficiënt en de organen zijn minder functioneel. Hierdoor worden er minder voedingsstoffen uit het normale voer gehaald. Meer voeren leidt niet altijd tot succes: een slechter gebit en een minder goede vertering zorgen voor meer onverteerde resten in de dikke darm, met bijvoorbeeld diarree of koliek als gevolg.
Voor een senior wordt het steeds lastiger om langstengelig ruwvoer te eten. Gras gaat meestal nog wel, maar van hooi, kuil en stro worden steeds meer proppen gedraaid en uitgespuugd. Dit betekent dat een paard behoorlijk wat minder ruwvoer binnenkrijgt, wat hij juist enorm hard nodig heeft. Dat is dan ook één van de belangrijkste aandachtspunten bij het kiezen van een seniorenvoer. Draait je paard proppen van zijn ruwvoer? Zo ja, kies dan altijd een 2-1 seniorenvoer, ofwel een seniorenvoer wat óók ruwvoer kan vervangen, bijvoorbeeld door toevoeging van bietenpulp, zemelen, maar ook vooral gehakseld ruwvoer, wat eventueel in een korrel is geperst, zoals luzerne en hooi.
Naast het aandeel ruwvoer in een seniorenvoer, is ook een beperkte hoeveelheid zetmeel van belang. Door een minder efficiënte vertering is de kans op onverteerd zetmeel namelijk groot. Een beperkte hoeveelheid zetmeel (<18%) die goed beschikbaar is, zoals bijvoorbeeld uit gepofte of (met warmte en vocht) gevlokte granen, is een prima aanvullende energiebron. Daarnaast is ook wat extra vetwenselijk als energiebron. Een seniorenvoer mag gerust een vetgehalte van 7% of hoger hebben!
Bij geen enkel voer is de vorm zo belangrijk als bij een seniorenvoer. Wanneer er veel kiezen ontbreken, kan het voer niet goed fijngemalen worden en verslechtert de vertering. Alle niet-ruwvoer ingrediënten in een seniorenvoer zijn daarom bij voorkeur gemalen en al dan niet in een brokje geperst. Zo is het in feite ‘voorgekauwd’ en hebben de verteringsenzymen een groot oppervlak om op in te werken. Voor het aandeel ruwvoer geldt deze voorkeur niet: een paard heeft namelijk niet alleen ruwe celstof nodig, maar ook echt ‘structuur’. Dat wil zeggen: stukken gras/luzerne langer dan 8mm. Dit vormt veel volume in de darm, stimuleert de darmwerking en vertraagt de doorloopsnelheid, waardoor de spijsvertering langer de tijd krijgt om zijn werk goed te doen en het milieu in de darm optimaal blijft. Een goed seniorenvoer bevat daarom altijd een groot deel grofgeperste hooibrok/grasbrok of goed gehakselde luzerne en/of hooi, en mag ook met meerdere kilo’s per dag (4 kg+ wanneer nodig) gevoerd worden!
Als laatste is een goede eiwitkwaliteit belangrijk; al is dit voor de gebruiker vaak moeilijker te controleren. Als de vertering niet meer optimaal is, komt een deel van het eiwit onverteerd in de dikke darm, waardoor de pH daar te hoog wordt en allerlei schadelijke bacteriën een kans krijgen. Het eiwit in het voer moet dus zo goed mogelijk beschikbaar zijn. Goede eiwitbronnen zijn het bladstof van luzerne en bijvoorbeeld (gemalen) lijnzaad.
Laat je bij het kiezen van een seniorenvoer niet alleen leiden door de naam van het product! Er zijn genoeg muesli’s en brokken in omloop die als een seniorenvoer worden verkocht, maar eigenlijk een ‘normaal’ voer zijn met hooguit wat meer vitamines en mineralen. Een ouder paard met een minder-dan-optimaal gebit heeft hier niet voldoende aan!
NB: wanneer een paard een slecht gebit heeft verdient het de voorkeur om het (senioren-) voer nat te voeren. Dat kan met ieder product (door het 1 op 1 met water te mengen, volg bij producten met bietenpulp de aanwijzingen op de verpakking), maar producten met veel zachte korrels/brokken en weinig losse granen zijn het meest geschikt.
NB 2: wanneer je geen seniorenvoer naar je zin gevonden krijgt, kun je het ook prima zelf samenstellen. Gebruik dan een beperkte hoeveelheid goede kwaliteit brok en vul dat aan met een goede, grove hooibrok/grascob/wiesencob, die je vervolgens nat voert. Als je paard geen normaal ruwvoer meer wegkrijgt, voer dan minimaal 7 kg grascobs per dag!
Het is wel goed om altijd normaal ruwvoer te blijven aanbieden; de meeste paarden blijven er toch wel een beetje mee bezig en hoe meer kauwbewegingen ze maken hoe beter voor de maag!